Gerard Alderliefste

“Ramses is een hele vrije jongen”

We spreken elkaar in Café Luxembourg, aan het Amsterdamse Spui. Naast ons tafeltje staat de piano waarop Ramses speelde tijdens zijn allereerste optreden met Alderliefste, ergens in het midden van de jaren negentig. Gerard Alderliefste: “We traden hier iedere zondagmiddag op. Iemand die hem kende had ons gezegd dat ze hem eens zou vragen een keer te komen kijken. Dat gebeurde. We hadden ‘Laat me’ ingestudeerd, hij nam plaats achter de piano en zong mee. Daarna heeft hij nog ongeveer een half uur zo’n typisch Ramses-recital gegeven. Dat was onze eerste ontmoeting.”

- Hebben jullie elkaar in de jaren daarna vaker gezien?

“Nee, de eerstvolgende ontmoeting was in september 2005, toen we met hem de single Laat me/Vivre opnamen, in studio Stu-stu-Studio van Henk Temming en Sander van Herk, in Loenen aan de Vecht. We hadden hem daarvoor gevraagd en hij wilde wel meedoen. Het contact was meteen goed! Ik haalde hem op in mijn 2CV. ‘Maar dit is een Citroën!,’ zei Ramses. Op de terugreis was de eerste kniemassage al een feit.“

- Behalve muzikant ben je ook verslavingsarts. Hoe kijk je aan tegen het alcoholgebruik van Ramses?

“Het een wonder hoe hij er nog bij zit. Alcohol is een gif. Niet als je twee glaasjes neemt per dag, maar wel als het er meer dan zes worden. Ramses heeft absoluut teveel gezopen, ‘gezondheidstechnisch’ gesproken. Maar hij is een hele sterke alcoholicus. Hij is flink uitgedeukt de laatste jaren, is zelfs weer vooruitgegaan. Zoals wij hem in Zwolle zagen optreden, dat was ongekend. Dat hij zoveel bronnen weer aanroerde in zijn hersenen; hij had het bijvoorbeeld over hotel de Buunderkamp in Wolfheze, waar hij ooit geweest is. Dat zijn details die je bij iemand met Korsakov niet zou verwachten. Eerlijk gezegd betwijfelde ik altijd of hij onze voornamen kende – hij had het altijd alleen over Alderliefste – maar in Zwolle noemde hij ze ineens, toen hij ons bedankte: Gerard, Arnd, Luc… Dat hij onze namen kan reproduceren betekent dat hij nieuwe gegevens kan inprenten, dat hij dus nog flink wat grijze cellen over heeft. Als hij Korsakov heeft, dan in ieder geval niet volledig. Hij heeft ook wel eens geroepen tijdens een interview, wanneer een journalist te lang doorging op ‘kun je dit nog’ en ‘kun je dat nog’: ‘Ik ben echt niet dement hoor!’ Dat is hij ook helemaal niet.”

- Er mensen die vinden dat hij maar eens moet stoppen met optreden, op zijn leeftijd - zoals dat ook over The Rolling Stones gezegd wordt en eigenlijk iedereen boven de zestig. Wat is jouw reactie daarop?

“Wij zijn daar heel alert op. Wanneer hij lallend op het podium zou staan, het niet meer zou trekken, dan zouden we acuut stoppen. Ik zeg heel eerlijk: bij de eerste twee minuten van ‘Laat me’ tijdens ons optreden in Venlo dacht ik ook even: ‘Kan dit nog wel?’ Maar vervolgens viel het weer reuze mee, met prachtige improvisaties. En een paar dagen daarna, in Zwolle, was het fantastisch! Die man geniet, het publiek geniet! Laat hem dan in Venlo een keer foutjes maken. Láát hem!”

- In Venlo begon Ramses vrijwel meteen te improviseren, zonder zich om zijn teksten te bekommeren. Hoe spelen jullie daarop in?

“Als begeleidingsband heb je het dan zwaarder, om het een beetje te structureren. 'Doe nou één coupletje je tekst,' vroeg ik. Ik vind het leerzaam: wij denken in een melodie en een tekst van a tot z en dat is dan een liedje. Maar hij gebruikt het liedje als het medium om er te zijn, om te improviseren, met de mensen plezier te hebben. Feitelijk is Ramses een ontzettende jazzmusicus, een hele vrije jongen. Wij hebben dat iets minder, maar ik denk dat we daarmee wel een leuke combinatie hebben. De akkoorden die hij speelt, die bewonder ik enorm. Het is niet te evenaren, dat blijft overeind.”


(optreden in Almere, 15 sept. 2006)

- Net als zijn stem.

“Die stem blijft goed, geen enkele twijfel over mogelijk. En wat ik mooi vind: als we ‘Laat me’ rekken, dan kijkt hij nergens van op. Hij denkt niet 'het nummer is nu afgelopen', nee hij snapt het gewoon. We zijn dan heel erg samen aan het musiceren. In Zwolle ging dat perfect! Van de zeven à acht optredens die we samen gedaan hebben was dat het beste. Ik was er het weekend daarna helemaal eufoor van!”

- Merk je het van tevoren, wanneer hij zo’n goeie dag heeft?

“Nee het blijft altijd spannend met hem: welke kant gaat hij op? Nee het was echt onverwacht. We keken elkaar aan, ik ging lekker achteruit zitten en genieten. Wow! Wat een improvisatie!”

- Hoe bereiden jullie je voor op optredens met Ramses?

“Voor het optreden op Bevrijdingspop in Haarlem ben ik naar hem toegegaan. Hij was eerst een beetje onzeker, kwam naar beneden met drie boeken in zijn rollator, waaronder zijn eigen tekstenbundel. Ik had alles netjes voorbereid, had een aantal nummers voor hem uitgeprint en zei: ‘Deze kunnen we goed spelen’. Hij zag om welke teksten het ging en was gerustgesteld. 'Nou laten we dan die repetitie ook maar... laten we maar lekker beneden blijven.’ Ik had met hem naar boven willen gaan, naar de vleugel, maar hij wilde al niet meer oefenen. ‘Oh dat zit goed!’ Hij weet dat we alles goed voor hem regelen.”

- Jullie hadden dus niet eerder samen geïmproviseerd, voor het optreden op Bevrijdingspop?

“Nee, dat wil zeggen, zonder Ramses rekken we dat nummer ook wel eens, als het een mooi moment daarvoor is, maar dan instrumentaal, met drums en gitaar. Dus met die dikke groove van Luc en Arnd: funky, bijna soul. En dan Shaffy daaroverheen! Ik realiseer me voortdurend wat een bijzondere mix dat is: zijn klassieke stem op die beat. Ik geniet daar enorm van. Maar nee, dat bereid je dus niet voor. Het is hartstikke leuk: gaat hij heftig, dan gaan we mee, gaat hij terug dan spelen wij ook zachter, of we stuwen hem een beetje op, met een ritme. Het is heel spannend. Ik vind het geweldig dat dat icoon op zo’n moment een medemuzikant wordt. Dan vervagen alle leeftijdsverschillen en sta je gewoon samen muziek te maken.”

- Ik heb gehoord dat jullie graag een nieuwe cd met hem zouden maken, met Shaffynummers in het Frans.

“Dat is een idee, maar we hebben pas één nummer in het Frans. Ik ben nu bezig met ‘We zullen doorgaan’ in een eigen vertaling. Frida Boccara heeft dat nummer ook ooit gezongen: ‘Le soleil tremble’. Dat vind ik, met alle respect, een draak, met dat koor. Ik wil er iets anders van maken, toegespitst op het ‘samen’ waar Shaffy altijd op hamert: ‘On est ensemble’. Maar dat is een project voor de verre toekomst. Het is heel goed mogelijk dat we voor die tijd nog een andere plaat met Shaffy gaan opnemen. Dat we op een intieme manier – dicht in de microfoon, met weinig instrumenten - oude nummers opnieuw gaan opnemen. En misschien een paar nieuwe!

- Ramses blijft verrassen!

“Dat is een hele goeie samenvatting.”

(interview: © Sylvester Hoogmoed, september 2006)


Verslagen optredens in Haarlem (5 mei), Venlo (6 aug.), Zwolle (11 aug.) en Almere (15 sept.)
Laat me/Vivre

Website Alderliefste



ramses.fanpagina.nl
Ramses Shaffy Website Als het stormt in je hart, ga mee, ga mee...