'De Suite-tapes', deel 8
De Shaffy Suite is een serie op de Concertzender over de muziek van Ramses Shaffy. Voor iedere aflevering wordt er iemand geïnterviewd uit het 'gevolg' van Shaffy, die intensief met hem heeft samengewerkt. Deze keer: Nico van der Linden.
Sinds 1972 heeft hij als pianist en arrangeur veel en intensief met Ramses samengewerkt. Dankzij zijn inspanningen kon vorig jaar eindelijk de bladmuziek van een groot aantal Shaffynummers worden gepubliceerd, in het Ramses Shaffy Songbook. Ook werkte Nico van der Linden mee aan de succesvolle hommagevoorstelling Zing-vecht-huil-bid-lach-werk-en-bewonder, waarin hij onder meer op onnavolgbare wijze het nummer 'Oude Hein' vertolkte.

Nico van der Linden:
"Je moet je eraan overgegeven en erin meegaan"

“Chantant en Chantate heb ik helaas nooit gezien. Ik was toentertijd meer geïnteresseerd in popmuziek. Het eerste optreden dat ik van hem zag was begin jaren zeventig in de RAI, samen met Liesbeth en een orkest onder leiding van Ruud Bos. Ik weet nog dat hij ’Vijf Uur’ zong vanuit de coulissen. Je zag hem niet, alleen het orkest. Het licht was gedimd en dan hoorde je die stem… Zo mooi, ik vond het te gek! Dat moet in 1971 zijn geweest, ik kende hem nog niet.”

[Over het begin van hun samenwerking het volgende fragment uit een eerder interview voor de Shaffysite:]
“Dat is een idioot toeval geweest. Ik werkte met Sylvia Alberts bij Tekstpierement. Dat is het eerst wat ik gedaan heb, in 1971, net van school af. In 1972 waren we daarmee klaar en toen zag ik de plaat Shaffy Chantate liggen met Sylvia erop. Toen dacht ik: wat leuk, ik ga een plaat kopen waar Sylvia op staat! Die plaat vond ik helemaal te gek en de volgende dag heb ik ‘Zonder bagage’ gekocht. Ik speelde nog niet zo lang piano, maar bij al die liedjes ben ik gaan uitzoeken hoe ik ze moest naspelen.
Misschien tien dagen later sta ik voor het raam. Er stopt een taxi voor de deur. Ramses stapt uit en gaat bij ons naar boven! Mijn bovenbuurman was Chistiaan Bor, een wonderkind op de viool; daar kwam hij vaak. Toen ben ik heel hard die muziek gaan spelen. Ik denk: nou zit hij boven me! Ik heb hem nooit gevraagd of hij dat toen gehoord heeft. Moet haast wel. Maar die ochtend heb ik hem niet leren kennen. Een week later belde Marjol Flore, die via Sylvia Alberts aan mijn nummer was gekomen. Ze zocht een pianist voor een auditie. Of ik dat kon doen. Ze kwam bij me thuis, ik die liedjes jammen, zeg ze: ‘Er komt een KRO-special met Ramses, ga maar mee naar de repetitie.' Zo leerde ik Ramses kennen. Drie maanden later was Louis van Dijk ziek. Hij belde mij ’s morgens op: ‘Kun jij vanavond een show met Ramses en Liesbeth doen?’ Graag! Kwam er een taxi aanrijden met een hele stapel elpees, want ze hadden er geen muziek van. Die avond heb ik, zonder repetitie, hup, de hele avond Shaffy gespeeld! Dat gebeurde dus allemaal in een tijdsbestek van drie, vier maanden.”

- Je hebt het intensiefste met Ramses samengewerkt in de periode 1986-1988, voor het programma ‘Kussen’ en de elpee ‘Sterven van geluk’. Hij had zijn leven toen wat meer op orde, dronk minder… was het nog wel gezellig?

“Ja, zeker! We gingen altijd als laatste weg uit de theaters. Ze hadden een flinke aanhang, het was altijd leuk. Pas zo rond half een, een uur vertrokken we meestal. Je zag rond die tijd opeens een tweede generatie meekomen naar de concerten: ouders met hun volwassen kinderen.”

- En toen kwam de elpee ‘Sterven van geluk’. Geen succes.

“Nee. We hebben toen wel veel goede gesprekken gehad, herinner ik me. Ook over persoonlijke dingen, wat niet vaak gebeurde. En natuurlijk over de elpee/cd zelf. We waren geen van beide happy met de sfeer in die studio. Wij hoorden daar niet thuis. Het was een misverstand, een heel groot misverstand. Daar hadden we allebei last van. Maar ja, we wilden die elpee zo graag maken!
De opnamen duurde niet eens zo lang, maar het ging moeizaam. Niet wat ons zelf betrof, maar de productie. Het klikte niet tussen aan de ene kant de producer en de opnametechnicus en aan de andere kant het trio en Ramses. Dat was een beetje een generatiekloof. Gerrit den Braber, de producer, was een geweldige man. Hij had het initiatief genomen om de plaat te maken. Maar hij was al wat ouder, vermoeid…
De opnamen van de eerste dag hebben we uiteindelijk weer bijna allemaal gewist. Toen gingen we een beetje met een kater naar de kroeg, ons afvragend: hoe kan dat nou? Ook daarna verliep het vrij stroef. Ik weet nog dat Ramses buiten zat – het was een heel mooi najaar - en dat ik toen vroeg: ‘Wat vind je er nou van?’ Toen antwoordde hij: ‘Het is groen, maar het moet paars worden.’ Of omgekeerd, dat weet ik niet meer precies. En toen liep hij weg. En dan dacht je: ‘Hoe krijgen we het in godsnaam paars?” [lacht]
Vooral het mixen was een probleem. In Nederland hebben producers altijd de neiging de stemmen veel te hard op de plaat te zetten. Dat was ook nu weer het geval. Er stonden geweldige nummers op en het was ook allemaal goed opgenomen. Ramses was er vóórdat het gemixt ook heel blij mee. Ik kan me herinneren dat hij me belde en zei: ‘We draaien hier het bandje en genieten allemaal ontzettend!’ Maar na de mix klonk het allemaal zo plat als een dubbeltje. Ze hadden alles door een compressor en een limiter gehaald, waardoor je steeds een harde stem hoort en een heel vlak orkestje op de achtergrond. Als je hoort wat er van 'Heerlijk!' is overgebleven... Vreselijk! Ik zou er wat voor geven om die nummers opnieuw te kunnen opnemen."

- De plaat is ook bijna niet verkocht...

"Er zat ongeveer zes weken tussen de opname en het uitbrengen van de elpee. In de tussentijd was er een personeelswisseling geweest bij de platenmaatschappij, tot de directeur aan toe was iedereen vervangen. Dus toen die plaat uitkwam was er niemand meer die erbij betrokken was geweest toen het plan was opgevat om die elpee te maken. Ze bleken een nieuw wetje te hebben ontdekt: als je platen vernietigde kreeg je geld terug van de Stemra. Dat hebben ze toen maar gedaan.
Ik heb de elpee gekocht toen die amper een week oud was, voor vijf gulden. Bij de platenmaatschappij hadden ze me diezelfde morgen nog verzekerd dat hij pas over een dag of tien geperst zou worden. Dat was toen dus al lang gebeurd. Aan de overkant van mijn woning zag ik in een tweedehands platenwinkel een heel pak liggen. Ik vraag: ‘Hoe komt u daaraan?’ Ja, die hadden ze van de diskjockeys in Hilversum gekocht. Zo ging dat.”

- Gelukkig kwam er een herkansing in 1994, met de cd ‘Alleen als je me verleidt’.

“Ja, als ik het daarmee vergelijk… Die opnamesessie heeft maar twee of drie uur geduurd, mix inbegrepen, en het klinkt honderd keer beter! Op mijn verjaardag hebben we die opgenomen, een prachtig cadeau. Het nummer ‘Rutger’ had hij nooit tijdens optredens gezongen, maar het stond er in een of twee keer op.”

- Is er nog sprake geweest van een volgende cd?

“Nooit meer. Hij heeft ook weinig meer geschreven daarna."

- Dankzij het Songbook en de show Zing-vecht staat zijn muziek nu weer enorm in de belangstelling.

"Nou en of! Hij heeft prachtige dingen geschreven, ik ben heel blij dat dat is overgekomen. Er is geen recensie waarin dat niet vermeld is, en je merkte het na afloop ook aan de reacties van het publiek. Daar ben ik heel blij mee. Mensen zijn vaak fysiek op iemand gericht, waardoor ze langs het repertoir glijden. In deze voorstelling draaide het om wat hij geschreven heeft."

- Louis van Dijk heeft gezegd dat Ramses ook een Calvinistische kant heeft.

"Ja, door al z'n gekte heen kan hij heel Calvinistisch zijn. Grappig is dat. Maar ook zijn quasi-onzindingen zijn geweldig. Je moet je eraan overgeven en erin meegaan. Zo’n 'Heintje' is een prachtig, komisch liedje, maar tegelijkertijd gaat het over iemand die een knuffeldiertje nodig heeft. Niets kan schrijnender zijn.
'An en Jan' is natuurlijk ook heel mooi. En altijd zit er toch ook iets positiefs in."

- Ben je tijdens het zoeken naar nummers voor het Songbook nog op veel onbekend materiaal gestuit?

“Nee. Op een bandje stond ‘Ik had jou als een deur achter me dichtgedaan’, waarvan ik aanvankelijk dacht dat het een onbekend nummer was. Tot ik zag dat het al in het programmablad van ‘Shaffy Chantate’ stond. Daar zong hij het dus al in, alleen is het toen niet op de plaat verschenen. Zo moet er veel meer materiaal zijn, want dat hele programma is destijds opgenomen en lang niet alles is op de elpee terechtgekomen.
‘Brief uit New York’ was ook nieuw voor mij. Maar echt volslagen onbekend repertoire… Ik ben al jaren op zoek naar een band die ik niet meer kan vinden, terwijl ik heel precies ben. Daar staan twee onbekende liedjes op. Hij zou in 1981 iets in een circus gaan doen. Toen heb ik arrangementen gemaakt op zes nieuwe liedjes. Daar zat ‘Overvoerd’ bij, ‘Ik ga met het circus mee’, ‘Meneer Koek’ en ook die twee nummers. Een daarvan heette ‘Die witte wolk’. Ik weet nog dat ik de muziek daarvan prachtig vond.”

- Ga je ook de liedjes die niet in het Songboek staan nog uitschrijven?

“Ja, een aantal, die niet in het boek pasten, zijn al klaar en van de rest heb ik alle aantekeningen nog, dus het kan altijd. Ik denk niet dat die ooit gepubliceerd zullen worden, het is al een wonder dat dit boek zo goed verkocht is. Maar al komt het maar ooit terecht in het Theaterinstituut, ik wil dat het er is, dus ik blijf ermee doorgaan.”

(interview: © Sylvester Hoogmoed, januari 2006)


Nico en ramses, 9 oktober 2005

Biografie Nico van der Linden

Ramses Shaffy Songbook

Website over een andere passie van Nico




Meer over de Shaffy Suite



ramses.fanpagina.nl
Ramses Shaffy Website Als het stormt in je hart, ga mee, ga mee...